Contact gegevens

Kerksingel 26
2981 EH  Ridderkerk

Email algemeen: info@oudridderkerk.nl

Bankrekeningnummers:

NL40RABO0355484838

NL93INGB0004208049

KvK-nummer: 41126694

RSIN: 009623851

 

Openingstijden:

 

Woensdag 13:30 - 16:30 uur
Donderdag 13:30 - 16:30 uur
Vrijdag 13:30 - 16:30 uur
Zaterdag 13:30 - 16:30 uur

 

Toegang is gratis!

Expositie Agenda.


Donateur worden?


Privacy-verklaring


Deze website wordt gebouwd, onderhouden, gehost en gesponsord door:


 

Melis Verhoef in 1929 met een reiswagen, een Juncker Diesel, in de Electrostraat.

 

Deze week het tweede deel van een interview met oud- buschauffeur Melis Verhoef. Hij was op 6 september 1987 de gast in het programma “Praten met een Ridderkerker” van Radio Ridderkerk.

Het werk in de fabriek lag me niet zo, ik had geen zin om mijn leven lang het raam uit te kijken en buiten de zon te zien schijnen. Ik nam rijlessen in Rotterdam en ben in 1923 naar de RAGOM, de Ridderkerkse Auto Garage Omnibus Maatschappij,  gegaan. Intussen was ik in 1927 getrouwd met Ingetje Slingeland. Ik trouwde op latere leeftijd omdat ik vrijstelling van militaire dienst kon krijgen als ik vijf jaar voor mijn moeder, die weduwe was, zou zorgen en dat heb ik toen gedaan.
De RAGOM had twee Spijkers, een Nederlandse bus die met drie man aangeslingerd moest worden. Als je geen collega’s in de buurt had vroeg je aan een paar klanten om even te helpen. De richtingaanwijzer was een plankje met een rood rondje waarvoor je aan een touwtje moest trekken om hem uit te steken. Ze werden ook wel lolly’s genoemd. We hadden ook nog een stuk of zeven Fords.De passagiers zaten recht tegenover elkaar met hun ruggen naar de straat en bij een scherpe bocht belandde er wel eens iemand bij een ander op schoot. Daar schijnen zelfs nog huwelijken uit voort gekomen te zijn.  De lijn begon boven aan de stoep op dorp waar ook een garage voor vier wagens was. De eindhalte in Rotterdam was op de Groote Markt. Een van de routes was door de donkere hoek, langs de Kerkedijk en dan de Varkenoordseweg uit. De Groote Markt was een plein waar de schepen onderdoor voeren. Daar waren allerlei koffiehuizen en ook de drukkerij van de Maasbode. Speenhof, de zanger, woonde daar ook. Er was ook een duikerpakkenzaak van Polak. Een retourtje Ridderkerk-Rotterdam kostte vijfenzestig cent. In de crisistijd konden de mensen dat niet meer betalen en was er nauwelijks omzet. Toen heeft Groenenboom, die eigenaar van de RAGOM was, besloten om de prijs te verlagen naar een kwartje voor een retourtje. Tot ver in 1945 is er voor die prijs gereden. Waar nu de ZABO is stond een boerderij van Groeneboom en daar vandaan vertrok je ’s morgens om zes uur. Als je geluk had was je om zeven uur ’s avonds klaar. Het gebeurde wel dat je een lekke band had en als er dan veel mannen aan boord waren zei je; ‘jongens, licht de bus even op dan zet ik er zo de krik onder.’ Ik verdiende toen achttien gulden per week plus twee procent van de inkomsten. Zwart rijden was er toen nog niet bij, de mensen hadden daar nog geen weet van. 
Tussendoor ben ik ook nog privé chauffeur van Gerrit Groenenboom geweest. We reden markten af en in de winter naar pulpverkopingen want Groenenboom was ook een handelaar die een stuk of acht boerderijen had in Mill en IJsselstein en hier in Ridderkerk. Daar zaten mensen op die eigenaar geweest waren maar in de crisistijd failliet gegaan waren die de boerderij pachtten. Gerrit kocht bietenpulp in Engeland en hier bij de suikerfabrieken en verkocht het weer als veevoer. Ik reed hem heel Vlaanderen door om dat te verkopen. En als de schepen binnen liepen gingen we ook kijken of de pulp watervrij was anders ging het rotten. In 1934 is de RAGOM overgenomen door de heer Ravestein en om een faillissement te vermijden is in de oorlog de Twee Provinciën ontstaan uit een aantal , door de heer Ravestein overgenomen vervoersbedrijven o.a. Rederij op de Lek, Ringelberg die afgebrand was, Blommers die op Zwijndrecht, Groote Lindt en Heerjansdam reed, Dirkzwager uit Barendrecht Smidshoek. De meeste hadden soms maar één of anderhalve bus rijden.
Na de oorlog ben ik ook tourchauffeur geweest bij de Twee Provinciën. Wij reden door heel Europa en ik heb veel gereden op Oostenrijk, Italië en Frankrijk.
Toen ik ouder werd en er veel nieuwe jonge chauffeurs kwamen hebben ze mij controleur gemaakt. Dat is een zwarte plek in mijn leven. Ik had er de pest in. Ik heb er mijn best voor gedaan maar het was niks voor mij. Toen ik 67 was ben ik eruit gegaan maar later hadden ze mij toch weer nodig als chauffeur en heb ik ook nog alle haltepalen en abri’s in orde gemaakt en heb ik de vijftig jaren vol gemaakt als garagechef.

 

Teun Rijsdijk.